Skoda Scala - Test

De voorganger van de Scala, de Rapid, heeft geen potten kunnen breken, hoewel hij vooral veel ruimte voor zijn geld biedt. Op dat vlak weet Skoda zich van veel concurrenten te onderscheiden. De Scala is duidelijk een maatje groter en valt dus niet meer tussen tafellaken en servet. Hij mag zijn platform dan delen met de huidige VW Polo en T-Cross, qua formaat overtreft hij een Golf en daarmee rolt hij stilletjes het C-segment binnen en dwingt hij de volgende Octavia tot een groeispurt. De koets houdt het midden tussen een hatchback en een station, net zoals bijvoorbeeld de Audi A3 Sportback, die even groot is als de Scala.

Dus na de eerste kennismaking trekken we meteen een achterportier open om daar de hoofden beenruimte te ontdekken. Die krijgt een dikke prima, kunnen we stellen. Dat geldt ook voor de kofferruimte. De achterklep laat zich desgewenst elektrisch openen en sluiten, dat kom je niet vaak tegen in deze klasse; een kofferbak met een inhoud van 467 liter ook niet, trouwens. Nu we toch bij die achterkant zijn: de versie met de grotere achterruit (loopt door tussen de achterlichten) is de mooiste – sommige uitvoeringen hebben dit standaard, anders dien je het zogeheten ‘image’-pakket aan te vinken. De Scala is de eerste Skoda met de merknaam voluit in blokletters op de bips, het bekende logo ontbreekt op die plek. Verder is het geen spannende verschijning, Ja, die nuchterheid, hè?

LAAG GELUIDSNIVEAU

We verruilen de achterbank voor de zetels op de eerste rij. Veel ruimte, een prima zitpositie, een strak vormgegeven dashboard en zelfs een digitaal instrumentarium vind je daar. Dat laatste is – je raadt het al – niet standaard. In het midden staat altijd een scherm, bij de basisversie is dat 6,5 inch groot en dat loopt op tot 9,2 inch. Ook hier geldt: niet opwindend, wel heel gebruiksvriendelijk en overzichtelijk. Precies zoals we het gewend zijn en verwachten in een Skoda.

Voorlopig levert de Nederlandse importeur twee motorversies, de driecilinder 1.0 TSI met 115 pk en een handgeschakelde zesbak en de viercilinder 1.5 met 150 pk en zeventraps DSG. De 1.6 TDI komt niet naar ons, evenmin als de 1.0 op aardgas en de 1.0 met 95 pk. Vanzelfsprekend kiezen wij de driecilinder voor onze testrit. Want nuchter beschouwd heb je niet meer nodig, toch? En geloof ons: het is echt niet afzien met deze compacte en lichte krachtbron in het vooronder. Wat er in positieve zin meteen uitspringt, is het lage geluidsniveau. Niet alleen dat van de motor, maar ook de onderstelen afrolgeluiden zijn opmerkelijk goed gedempt. Dat tilt de rijervaring automatisch naar een hoger niveau.

Er gaat geen testauto voorbij of er ligt wel een 1,0-liter driecilinder in, dus we hebben genoeg vergelijkingsmateriaal. De onderlinge verschillen zijn misschien niet enorm, maar deze kleinste telg uit de VW-stallen is een fijne. De behoefte aan een zwaardere motor is er nooit. Een automaat zou fijn zijn, maar die komt later op de markt.

SNEL DOOR DE 26 MILLE

De testauto is voorzien van een sportonderstel. Dat betekent een set lagere veren en een knopje met meerdere instellingen voor onder meer de schokdempers, de besturing en de gasrespons. Eigenlijk is dat niet nodig, de Scala is geen auto die uitnodigt tot stevig sturen. Maar goed, hij kan het dus wel, mocht je daar zin in hebben. Zelfs in de meest sportieve modus is de veeren dempkarakteristiek niet vervelend hard. Bij lage snelheden voelt de besturing licht en kunstmatig aan, met het toenemen van de snelheid vermindert de mate van bekrachtiging. Geen stuurbeleving die je enthousiast maakt, maar dat was ook niet de insteek. Schakelen gaat vederlicht en trefzeker; da’s mooi. Ook op het vlak van rijeigenschappen is het nuchterheid troef.

Geen fratsen, gewoon goed, meer niet. Van huis uit heeft de Scala enkele assistentiesystemen, zoals rijstrookbewaking en front assist met voetgangersdetectie. Tegen meerprijs zijn vrijwel alle bekende systemen leverbaar. Een knie-airbag voor de bestuurder is standaard, de zij-airbags achter zijn optioneel. Airconditioning en ledkoplampen tref je op alle versies. Wil je een enigszins leuk aangeklede versie, dan ben je op de Ambition aangewezen, die € 2.500 meer kost dan het basis model en zich beter laat uitbreiden met opties, aangezien de meeste niet verkrijgbaar zijn op de instapversie. Dan gaat de prijs al snel door de 26 mille (met dank aan € 4.300 bpm), waarmee de Skoda zich dan weer iets minder nuchter toont.