Duitse premium-sedans als occasion: Audi A4 vs. BMW 3-serie - Vergelijkende Test

Je kunt volledig cijfermatig te werk gaan bij de aanschaf van een auto en dan heel rationeel een nieuwe uit het A-segment kopen. Die kost trouwens ook al snel twintig mille. Je kunt ook kiezen voor een knappe gebruikte uit het B- of C-segment. Wij gaan deze keer voor een Duitse premium sedan, al had het wat voeten in de aarde om het juiste setje te vinden voor deze test. De BMW is een paar jaar jonger en kwam als model eind 2011 op de markt. De Audi (de A4 B8) stamt uit 2007 en is tot en met 2015 geproduceerd en liep dus een paar jaar naast de 3-serie F30.

In eerste instantie hadden we een 3-serie uit 2014 met hetzelfde prijskaartje als de A4 in de test, maar daar kwam helaas iets tussen. We hebben nu een iets jongere 318i, ook een automaat, met iets meer kilometers en een hogere aanschafprijs. Beide zijn het sedans en dat heeft zijn voordelen. Die zijn lichter, stijver, stiller en vaak iets goedkoper in aanschaf, omdat de Avant en Touring geliefder zijn. Inderdaad, misschien ook een beetje oubollig en natuurlijk een stuk minder praktisch.

De Audi A4 uit 2013 is een 1.8 TFSI Multitronic met 96.000 kilometer op de teller, die ten tijde van de test voor €15.950 te koop stond. De BMW 318i M Sport Edition met automaat komt uit 2016 en stond voor €18.950 te koop met 118.800 kilometer op de klok.

De BMW 3-serie en de Audi A4 zijn tot op heden de bestverkochte modellen voor beide merken, maar de cijfers laten al jaren een neerwaartse trend zien. De BMW piekte in 2013 even naar iets meer dan 9.000 stuks (nieuw model), de A4 ging bij de modelwissel in 2016 naar 3.443 registraties en zakte daarna weer weg. De SUV heeft ook van deze typische zakenauto’s het stokje overgenomen. De lage auto, de sedan in het bijzonder, raakt uit de gratie.

Audi Multitronic is een soort Variomatic

De A4 kan een streepje voor hebben, aangezien het merk er prat op gaat voorsprong in techniek te hebben. We hebben een exemplaar uit 2013 met nog geen ton op de klok, voorzien van de 1.8 TFSI met een bijzonder type automatische transmissie. Audi maakte in die tijd nog gebruik van Multitronic, die zijn oorsprong vindt in de Variomatic van Daf. We noemen dit een continu variabele transmissie. Dat doet het ergste vrezen, ware het niet dat Audi deze cvt enigszins laat aanvoelen als een conventionele automaat. In elk geval stijgt het motortoerental niet naar grote hoogte als je vol op het gas gaat en in de sportieve modus beschik je over acht voorgeprogrammeerde stappen.

Voelt niet als 170 pk

Toch voelt het allemaal een beetje lijzig aan, zeker na een ritje met de BMW. De automaat lijkt vooral afgestemd op comfort en een laag motortoerental. In die opzet slaagt het systeem goed, maar hij haalt wel de levendigheid uit de 1.8 TFSI. Je hebt niet het gevoel met een 170 pk sterke motor op pad te zijn, hoewel de prestaties best oké zijn. Inderdaad, hij maakt opmerkelijk weinig toeren, zelfs bij 130 km/h nog maar 1.800.

Het interieur ziet er chic uit, met dat lichte leer, de houtafwerking en een schuifdak. Materiaalgebruik en afwerking zijn van een hoog niveau, de zitpositie is uitstekend. De voorwielaandrijving in combinatie met de ver naar voren, in lengterichting geplaatste motor en de multilink-voorwielophanging maakt de A4 koersvast. De besturing is wollig en maakt niet enthousiast. Nee, de A4 wil vooral een rustgevende auto zijn en is gemaakt voor lange reizen. De beenruimte op de achterbank valt tegen, zeker als je die afzet tegen de wielbasis van ruim 2,8 meter. Wat infotainment en assistentiesystemen betreft zie je dat de jaren gaan tellen.

De BMW 318i heeft een driecilinder

We rijden een BMW 318i. Dat klinkt ook als 1.8, net als in de Audi, maar hier ligt een 1,5-liter motor onder de kap, een driecilinder. Daihatsu-geluid in een BMW! Die krachtbron kwam in 2015. In eerste instantie heeft de basisversie (316i) een viercilinder met eveneens 136 pk en 220 Nm. Toch is er niet direct reden om de halve zescilinder uit de testauto te mijden. Pas als je stevig accelereert, komt de typische driepitterroffel vanuit het vooronder. Eenmaal op snelheid is de machine nauwelijks nog te horen en bij 100 km/h staat de naald van de toerenteller nog ver van de twee verwijderd. Daarnaast is de motor gekoppeld aan de veelgeprezen achttraps automaat, die echt subliem schakelt. De BMW kent diverse rijmodi, van heel erg eco naar heel erg sportief, waarbij zelfs het ESP uitgaat. De transmissie zelf kent ook een sportprogramma en is handmatig te schakelen, net als in de A4.

BMW 3-serie met driepitter.

Zitpositie BMW fijner, ruimte achterbank voldoende

De zitpositie is nog fijner dan in de Audi, dankzij de sportstoel en de diepere zit. Op de achterbank is verrassend genoeg voldoende hoofd- en beenruimte. Het dashboard ziet er weliswaar moderner uit, maar is minder strak van opzet, met veel verschillende panelen. Afwerking en materiaalgebruik zijn dik in orde en het infotainmentsysteem is moderner, inclusief de nog altijd niet te overtreffen iDrive-knop op de middenconsole. De liefhebber van lekker sturen is meteen vriendjes met de BMW en de lichte motor in de neus werpt zijn vruchten af. Dat zorgt voor minder massa op de voorwielen. De gewichtsverdeling is sowieso al optimaal en de aandrijving gaat naar de achterwielen. De voorwielen hoeven alleen maar te sturen en te remmen. De besturing werkt precies en direct, het M-Sport-onderstel volgt alle commando’s gretig op.

Geen assistentiesystemen

We rijden in beide gevallen met een model dat al een facelift heeft ondergaan. Voor de A4 was dat in 2011, om hem in lijn te brengen met de toen net nieuwe A6. Belangrijkste uiterlijke wijzigingen zijn een andere grille en led-technologie voor de dagrijlampen en de achterlichten. De 3-serie ging in 2015 onder het mes en die kreeg eveneens meer ledverlichting. De A4 in onze test heeft een schuifdak, elektrisch verstelbare stoelen en leren bekleding. Desondanks is er geen stoelverwarming, dus dat wordt dus bibberen in de winter. De sportstoelen in de BMW zijn wel verwarmbaar.

Een neerklapbare achterbank ontbreekt in de testauto’s, maar daar staat de aanwezigheid van een skiluik tegenover. Op het vlak van veiligheid zijn er geen verschillen: vijf sterren in de botstest en ruim voldoende airbags. Actieve assistentiesystemen zijn niet aanwezig, want die stonden in die tijd nog in de optielijst. Je moet het dus zonder rijstrookwaarschuwing en adaptieve cruisecontrol stellen. Het scheelt in elk geval een hoop irritante piepjes; die krijg je alleen als je de gordel niet omdoet. Wat kofferruimte betreft is er geen verschil (480 liter) en het trekgewicht van de Audi is 200 kilo hoger dan dat van de BMW. Alles bij elkaar blijkt het generatieverschil tussen de A4 en de 3-serie in de test geen bepalende factor te zijn.

Beoordeling verbruik

Uit de reviews op onze website maken we op dat berijders van de A4 met deze motor en transmissie niet te spreken zijn over het brandstofverbruik. Althans, niet in positieve zin. De BMW komt aanzienlijk verder op een liter en tijdens een langere snelwegrit zagen we zelfs een gemiddeld gebruik van 1 op 20 in de boordcomputer. En die hadden we vooraf keurig gereset!

We waarderen het als je wilt bijdragen door het bijhouden van de AutoWeek Verbruiksmonitor of door een gebruikersreview te schrijven waarin je jouw ervaringen met de auto deelt. Daarmee help je potentiële kopers echt vooruit!