Praktijkervaring Volkswagen Up: door verdwijnen segment nog heel lang relevant

'Voor zo'n klein vaatwassertje is-ie erg ruim'

Volkswagen Up 1.0 TSI Beats

Dat het A-segment steeds kleiner wordt, is onomkeerbaar. Zo nemen we dit jaar afscheid van een ooit zo populaire supermini, de Volkswagen Up. Het model maakte zijn opwachting in 2011 en bleef al die jaren in nagenoeg ongewijzigde vorm leverbaar. Hoe is deze auto zijn eigenaren bevallen? We slaan er de gebruikersreviews eens op na.

De Volkswagen Up was op en top een Volkswagen. Hoewel sober gebouwd gaf zijn eenvoudige lijnenspel hem toch een enigszins voorname uitstraling. Ook onder de motorkap was soberheid lange tijd het toverwoord, want de eerste jaren kon je alleen kiezen uit 1,0-liter driecilinders met 60 of 75 pk. In 2016 maakte de 90 pk sterke 1.0 TSI zijn opwachting, gevolgd door de Up GTI met een iets krachtiger variant van dezelfde motor. In week 43 van 2023 worden de laatste Ups geproduceerd en is het definitief schlüss voor Volkswagens kleinste.

Praktische eigenschappen

“Het interieur van de Up ziet er voor een auto in het A-segment behoorlijk volwassen uit. Ondanks de basic-vormgeving heb je eigenlijk niet vaak het gevoel dat je in zo'n kleine auto onderweg bent”, schrijft de eigenaar van een 60 pk sterke Up uit 2013. Een mening die hij deelt met een aantal andere Up-rijders, zoals deze: “In het commentaar op de niet-beklede delen van de portieren kan ik me deels vinden, maar in combinatie met een dashpad in dezelfde kleur vind ik het eerder een stijlelement.” Met dat dashpad wordt de – soms gekleurde – kunststof strip bedoeld die het hele dashboard bestrijkt. Echt praktisch blijkt het interieur dan weer niet. “Een nadeel is dat er geen handige opbergplekken zijn, behalve het dashboardkastje. Mede daarom bestelde ik er een armsteun bij, want daar zitten ook opbergvakjes in”, meldt een Up GTI-rijder.

Ook over het ruimteaanbod zijn mensen overwegend positief. “De ruimte binnenin is prima voor elkaar”, aldus de rijder van een 60 pk Up uit 2015. “Voorin zit je erg ruim, maar ook achterin kun je prima mensen meenemen op niet al te lange ritten. De kofferruimte houdt niet over, maar dat is inherent aan het formaat auto. Overigens past het onderstel van onze kinderwagen er wel prima in.” Ook de rijder van een iets jongere Up is enthousiast. “Om te beginnen valt de ruimte in de auto direct op. Onderweg naar Frankrijk heeft niemand klem gezeten. Oké, we hadden niet de langste mensen mee achterin (1,80 meter maximaal), maar voor zo'n klein vaatwassertje is hij erg ruim.”

Goede stoelen

Meer nog dan de ruimte waarderen rijders de stoelen. Opvallend veel eigenaren laten zich daar positief over uit. “De stoelen zijn voor mij goed. Zelfs na een rit van vijf of zes uur stap ik zonder rugproblemen of vermoeiing uit, maar dit is natuurlijk erg subjectief”, aldus de eigenaar van een Move Up uit 2016. Ook de rijder van een anders uitgevoerde Up is enthousiast. “De Groove Up rijdt erg comfortabel. Ik vind de stoelen prettig zitten, voldoende steun bieden en ze zijn voor mij voldoende instelbaar.” Ook een lange bestuurder is tevreden: “Het zit comfort van de auto is prima, ikzelf ben twee meter lang en zit prima. De geïntegreerde hoofdsteun vind ik een gemiste kans anno 2012.” Daarmee is deze rijder wel de enige die een opmerking maakt over de hoofdsteunen.

Een andere rijder besloot de standaard stoelen te upgraden. “De stoelen zijn stevig en dat vind ik prettig, maar na drie uur in de auto zitten wil je toch wel even wat anders voor je rug.” In plaats daarvan plaatst hij het kunstleren interieur. “Vandaag het eco-leren interieur laten installeren. Wat een verbetering ten opzichte van de standaard stoelen! Het is echt een fijner materiaal dan gewoon leer, je schuift niet in je stoel en je hebt niet de gebruikelijke 'nadelen' van leer. Ook zijn de stoelwangen iets meer gevuld dan bij de standaardstoelen. Dit maakt ook dat je lekkerder en steviger zit.”

Kijken we naar de sportieve GTI, dan lijkt het erop dat Volkswagen een steek heeft laten vallen. “De stoelen zijn goed, maar hadden iets sportiever mogen zijn, met iets meer zijdelingse steun”, aldus de rijder van een Up GTI uit 2018. Een andere rijder is nog duidelijker: “Eerlijk gezegd zijn het leuke sportstoelen, maar deze stoelen hadden echt niet in een GTI mogen zitten.”

Rijden met de Up

Waarom de stoelen beter moesten zijn? “Als je er echt voor gaat zitten, op stukken waar het nog veilig kan, gaat het echt hard en komt er vanzelf een grote glimlach op je gezicht.” De andere GTI-rijder beaamt dit. “Je merkt dat het chassis, het totaalpakket, erg goed in balans is. Ik kan met de Up snel en lichtvoetig rijden. Door het lage gewicht, het kleine snuitje en de brede wielen is van onderstuur niet snel meer sprake. Bochtjes zijn een feestje.”

Ook de meer modale Up krijgt de handen op elkaar. “Om te beginnen wil ik het onderstel prijzen. Vergeleken met de Franse drieling vind ik dat de Up  op hoge snelheden een stuk stabieler rijdt. Ja, hij is wat stug, maar daar krijg je dus prima snelwegcapaciteiten voor terug”, meent de rijder van een vrij vroege Up. De eigenaar van een 75 pk Up, degene die zijn stoelen verving, ervaart hetzelfde. “Naar mijn idee ligt de Up lekker strak en stevig op de weg. Dit komt deels ook door de bredere banden om de 16-inch wielen. Hij gaat lekker strak door de bocht met een lichte besturing en overhellen doet de Up nauwelijks. Ga je echt hard de bocht om, dan dreigt onderstuur. Op de snelweg doet de auto het prima. Hij heeft geen moeite met hogere snelheden en blijft goed op de weg liggen.”

Toch is er ook een keerzijde, waar meerdere eigenaren melding van maken. “Wat steeds meer duidelijk wordt, is dat de Up absoluut niet van drempels houdt. Deze dienen heel voorzichtig te worden benaderd , anders word je afgestraft door een korte schraap van de bumperlip. Het is een nadeel van de combinatie van een kleine auto en een comfortabele afstemming van het onderstel”, benoemt een van hen het probleem.

Motorkeuze Up: zonder turbo, maar ook met

Zoals gezegd is de Up uitsluitend leverbaar met driecilinders, waarvan de eerste jaren alleen zonder hulp van een turbo. De eigenaar van een exemplaar met 60 pk ervaart dat als volgt: “De auto is voorzien van een 1,0-liter driecilinder met 44 kW (60 pk) en 95 Nm aan koppel. Het zal niemand verbazen dat het vermogen in de praktijk niet echt overhoudt. Mijn ervaring is dat je door het lage wagengewicht (840 kg) over het algemeen best nog redelijk met het verkeer kunt meekomen, maar ook niet meer dan dat. Op de snelweg is de auto duidelijk minder in zijn element.” 

Deze ervaring wordt breder gedeeld. “Deze Up heeft een 60 pk driecilinder van 1.000 cc. Hier ga je geen Grand Prix mee winnen, dat is duidelijk. De auto komt gewoon mee met het overige verkeer. Cruisen met 130 tot 140 km/h is geen enkel probleem. Om vlot door het verkeer te rijden, moet je de motor iets op toeren houden, maar dat verdraagt hij prima.” Ook de mate van verfijning bevalt deze rijder. “De motor is bij constante snelheden behoorlijk stil. Ook bij het doortrekken in de toeren blijft de motor redelijk rustig: geen gegil of ander drama. Opmerkelijk is dat je nauwelijks trillingen voelt bij deze driecilinder.”

De 90 pk Up TSI blijkt een wereld van verschil. “Komende vanuit een atmosferische 75 pk/95 Nm aan koppel bij 3.000 toeren was dit toch wel een enorm verschil. 160 Nm bij 1.500 toeren dankzij een turbo en 90 pk. Man, wat reed dit ineens prettig, altijd genoeg power ongeacht het toerental, en de geweldige driecilinder-sound, helemaal tevreden”, schrijft een rijder. Dat laatste ligt toch iets genuanceerder: “Na 5.000 kilometer inrijden is de auto getuned naar 140 pk/230 Nm.”

Volkswagen Up: betrouwbaarheid en irritaties

Het beeld dat eigenaren schetsen van de betrouwbaarheid van hun auto is overwegend positief. Desondanks kreeg een aantal rijders te maken met kleine of grotere problemen, waarvan de meest opvallende een probleem met de versnellingsbak is. Meerdere eigenaren melden het lastig tot onmogelijk laten inleggen van de versnellingen. Eén van deze rijders: “Zo ergens vanaf 40.000 vond ik hem steeds vaker vooral slecht in zijn achteruit gaan. Bij de laatste onderhoudsbeurt heb ik dit ook aangegeven, maar bij de dealer is er op dat moment verder niets bijzonders aan gedaan.” Na nog een keer klagen is het probleem opgelost door de koppeling te vervangen.

Het vervangen van de koppeling alleen bleek in een ander geval niet voldoende. “Met 34.000 km is de auto naar de dealer gebracht en onderzocht op de versnellingsbakklacht. Contact is er wederom gelegd met importeur en Duitsland, met als positief gevolg dat de bak is omgewisseld voor een nieuw exemplaar!”

Afgezien hiervan lijkt de Up vrij van grote problemen, al melden meerdere rijders dat de ruiten ’s winters behoorlijk kunnen beslaan. Een extra positief geluid komt van een rijder die al 250.000 kilometer met een Up op aardgas heeft afgelegd. “Buiten de normale onderhoudsbeurten om geen bijzonderheden. De motor loopt als een zonnetje en het verbruik is zoals vanaf het begin rond de 25 km op 1 kg CNG. Voorlopig rijd ik prima, dus op naar de 300000 km.” Of de rijder deze kaap inmiddels heeft gerond, is onduidelijk, want de laatste update verscheen in 2019.

Op basis van de gebruikersreviews lijkt de Volkswagen Up een auto die zal worden gemist. Rijders waarderen de ruimte, het weggedrag en de stoelen. Daar staat tegenover dat drempels voorzichtig moeten worden genomen en het interieur gauw beslaat. Hoewel de auto niet volledig vrij is van technische problemen lijkt het erop dat de meeste gebruikers hiervan gevrijwaard blijven. Gelukkig maar, want door het steeds verder uitdunnende A-segment moeten de bestaande Ups nog een flinke tijd mee.

Lezersreacties (156) (gesloten)

Maak melding van misbruik

Let op! Deze functie is niet bedoeld om zelf een commentaar toe te voegen. Optioneel kun je er een opmerking bij plaatsen.

Er is iets mis gegaan. Probeer het later nog eens of e-mail ons.

De discussie is gesloten.
Reageren is niet meer mogelijk.