Test: Jaguar XJS V12 Convertible (1994)
Openluchtkasteel op fraaie wielen
In 1975 introduceerde Jaguar de XJS als opvolger van de E-Type. Inmiddels is er veel veranderd, waaronder een nieuwe V12-motor. Hoogste tijd dus voor een nieuwe kennismaking.
De Jaguar XJS heeft nooit in voetsporen kunnen treden van zijn legendarische voorganger, de E-Type. Daarvoor werd hij onder een verkeerd gesternte geboren. Jaguar maakte toen nog deel uit van het Leyland-concern, waar men nogal bang was voor de toekomstige Amerikaanse wetgeving. Er hing daar namelijk een verbod op cabriolets in de lucht en dus verscheen de XJS enkel als coupé op de markt. Op een volledig open uitvoering moesten we maar liefst 13 jaar wachten.
Naast de twaalfpitter, waar we dadelijk op terug komen, biedt Jaguar sinds kort een vernieuwde zescilinder. Verder nam Jaguar de XJS ook op andere punten onder handen.
Het prachtige interieur behoefde geen verandering. Het Britse vakmanschap geeft de commandopost van deze superroofkat een bijzondere ambiance. Verbeterd zijn de airco en de verlichtingsmogelijkheden. Alleen het foeilelijke stuurwiel met airbag doet afbreuk aan het totaalbeeld. De Convertible beschikt tegenwoordig bovendien over een achterbankje. Stel je daar niet te veel van voor, want het is alleen geschikt voor kinderen en dan nog met enige inschikkelijkheid van de voorpassagiers.
Voor deze test kozen we de XJS Convertible. Uiteraard met twaalfcilinder. De machtige krachtbron vult de imposante motorruimte van onze blauwe cabriolet vrijwel helemaal. Door een andere rangschikking van hulpaggregaten oogt de machinekamer een stuk ordelijker. Het prachtmachien heeft een inhoud van 5994 cc, een kleine 700 cc meer dan vroeger. Om de leeg 1985 kg wegende Convertible vlot uit de startblokken te sleuren mobiliseert de krachtcentrale 308 paardekrachten en 481 Nm's. Voluit accelererend gaat de Brit er met (in bochten) even gillende banden vandoor om 7,2 seconden later door de 100 km/h-barriere te stoten. Wie het rechterpedaal in het hoogpolige tapijt gedrukt houdt, bereikt uiteindelijk een topsnelheid van maar liefst 258 km/h.
Spaarkaartenvuller
Wie dit soort prestaties van zijn XJS eist, heeft de spaarkaarten van de benzineleveranciers zo vol. Wij kwamen met een pittige rijstijl op zeer bochtige trajecten niet meer dan een kilometer of vijf ver met een liter benzine. Met een 'bescheiden' tankinhoud van 82 liter moet er dus nog wel eens aangelegd worden bij een sapcentrale.
De twaalfpitter laat zich wat meer horen dan de kleinere voorganger. Maar die was zó stil dat elke motor er lawaaiig bij leek. In ieder geval klinkt het uitlaatgeluid fantastisch, met name als je langs een muurtje rijdt.
De Jaguar-techneuten waren nog niet helemaal happy met het onderstel van de vorige versie. Daar zijn dus de nodige uurtjes in gestoken met merkbaar resultaat. De Coupé wordt standaard geleverd met een sport-onderstel, dat als extra op onze Convertible zat. De XJS stuurt er strakker mee en voelt beter aan in snel genomen bochten. Toch heeft hij nog niet dat scherpe dat we kennen van veel gerenommeerde Duitse snellerikken van formaat. Rampzalig is dat niet, want het onderstel gaf vrijwel geen krimp op de soms hoogst beroerd neergelegde binnenweggetjes in Zuid-Engeland. Toch zou de besturing nog iets zwaarder mogen zijn. Het veercomfort is met het sportonderstel nog steeds van heel hoog niveau. Eigenlijk past deze afstelling van het onderstel prima bij het karakter van de Brit.
Een topklasse Convertible hoort natuurlijk een perfecte kap te hebben. De XJS heeft een beige gevoerde kap, die een bij de auto passende buitenkleur heeft. De verwarmde glazen achterruit is ietsje kleiner geworden, maar de kap wordt nog steeds elektrisch bediend. Twee hendels loshalen en de knop ingedrukt houden zorgt voor het automatisch netjes opbergen van de kap. De afdekhoes moet dan nog even met de hand worden bevestigd. Toch wat minder.
Open rijdend voel je je de koning te rijk. Je trekt behoorlijk de aandacht en geniet ondertussen ook van de auto zelf. De wind langs je hoofd en luisteren naar de prima geluidsinstallatie of de mechanische muziek van de fraaie V12.
De rijwind is in het interieur duidelijk voelbaar, maar je hebt er niet echt last van. In gesloten toestand is het uitzicht naar achteren beperkt. Op hoge snelheden produceert de kap maar weinig windgeruis. Het doek trilt nauwelijks, een teken dat de constructie goed is uitgekiend.
In deze uitvoering zal de Jaguar XJS in 1995 zijn twintigste verjaardag gaan vieren. De verbeteringen hebben hem beslist nog wat meer aantrekkingskracht gegeven.
De XJS is geen weggevertje. De goedkoopste XJS, de 4.0 Coupé gaat voor circa f 180.000 de deur uit. Met het dubbele cilinderaantal betaal je meer dan twee ton en de dakloze twaalfcilinder zit nog 35 mille hoger. Een boel geld, maar vergeleken met de schaarse concurrentie niet eens onredelijk geprijsd.
- +Krachtige motor
- +Zeer comfortabel
- +Prima weggedrag
- -Hoog verbruik
- -Onhandige kaphoes
Signalement
Merk | Jaguar |
---|---|
Model | XJS V12 Convertible |
Carrosserie | 2-deurs, cabrio |
Transmissie | 4 versnellingen, automaat |
Aandrijving | achterwielaandrijving |
Nieuwprijs | € 103.689 |
Specificaties
Brandstof | benzine |
Motor | V12 |
Cilinderinhoud | 5.994 cc |
Maximaal vermogen | 227 kW / 309 pk bij 5.350 tpm |
Maximaal koppel | 481 Nm bij 2.850 tpm |
Inhoud brandstoftank | 82 l |
Lengte / breedte / hoogte | 4.820 mm / 1.793 mm / 1.276 mm |
Wielbasis | 2.591 mm |
Massa leeg | 1.905 kg |
Laadvermogen | 430 kg |
Aanhangermassa geremd / ongeremd | 1.500 kg / 750 kg |
Banden | 225/60ZR16Prijzen |
Topsnelheid | 258 km/h |
Acceleratie 0-100 km/h | 6,9 s (fabrieksopgave: 7,2 s) |
Acceleratie 80-120 km/h in D | 6,9s |
Brandstofverbruik | 14,9 l/100km |